Ondernemers

Klimaatakkoord in praktijk: de chemische industrie

Gepubliceerd in Down to Earth Magazine.

In het Klimaatakkoord (juni 2019) staan meer dan 600 afspraken om de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan. Wie doet wat? En lukt het om de afspraken na te leven? In een serie lichten we er een paar sectoren uit. Worden er al successen geboekt, wat zijn de valkuilen? Deze keer: de chemie.

De schoorstenen van chemische fabrieken spugen veel broeikasgassen uit, sommigen vele malen schadelijker dan CO2. De chemiereuzen kúnnen die uitstoot beperken in grote stappen, maar dat gaat maar af en toe. “Je kunt alleen aanpassingen doen als de fabriek stilligt voor onderhoud”, zegt Willemien Terpstra, vicepresident Global Co-products van LyondellBasell, met 4 locaties in Nederland. “En dat gebeurt maar eens in de 5 of 6 jaar. Dan moet jaren van tevoren eigenlijk alles al rond zijn.”

LyondellBasell, producent van grondstoffen voor onder meer mondkapjes, desinfecteermiddel en coatings van windmolenwieken, is net klaar met zo’n fabrieksaanpassing voor een circulair stoomproject in Rotterdam. Door een waterige afvalstroom op te vangen en weer in te zetten als biogas en stoom, bespaart het bedrijf binnenkort 0,9 petajoules per jaar aan energie. Dat is ongeveer evenveel als het stroomverbruik van alle huishoudens in Breda. “Zo’n innovatief project is leuk en relevant”, zegt Terpstra. “Maar het is ook een risico en levert economisch minder op dan andere projecten. Binnen het bedrijf krijg je daarom niet iedereen zomaar mee.” Een belangrijke steun was een Nederlandse subsidie. Niet vanwege het bedrag – dat dekte maar een klein deel van de kosten – maar vanwege de signaalfunctie. “De overheid committeerde zich dus ook!”

De afspraken

Samen met olie- en staalfabrieken valt de chemie in het Klimaatakkoord onder de noemer industrie. Omdat die sector relatief kostenefficiënt kan zorgen voor co2-reductie, draagt ze relatief veel bij aan het Klimaatakkoord. Terwijl heel Nederland de CO2-uitstoot in 2030 ten opzichte van 1990 wil terugbrengen met 49 procent, bedraagt de geplande reductie voor de industrie 59 procent. De sector betaalt voor de energietransitie via de ODE-heffing (tot 2030 zo’n 5 miljard) en kan dat in de vorm van SDE++ subsidies (3 miljard tot 2030) weer terugkrijgen.

Niet alle broeikasgassen uit de chemische industrie vliegen door de fabrieksschoorsteen. De meeste verwerkte gassen komen pas vrij verderop in de keten, bijvoorbeeld wanneer producten worden geconsumeerd – zoals bubbeltjes in bier en frisdrank – of als de producten eindigen in de afvalverbranding.

Lees het hele artikel in Down to Earth Magazine.