Recyclen en innoveren doen de broers Iwan (47) en Dimitri (49) Göbel al zolang ze zich kunnen herinneren. Ze bouwden op het onderstel van een oude eend een energiezuinige sportwagen: Burton.
Als kleine jochies spanden de Göbels een geit voor hun bolderkar en toverden ze hun oude kinderwagen om tot trapauto. Als tieners zetten ze hun eerste auto in elkaar, compleet met een motor uit een oude Zündapp-brommer. Toen ze de zelfbouwpakketten van het Britse Lomax gingen aanpassen, werd het serieus. Ze verkochten de eerste twee doorontwikkelde versies van de kitcars aan Lomax zelf, de derde versie verkochtend de Göbels hun eigen klanten. Die gaven ze testritten op de Veluwe, met een glaasje water erbij. Iwan: “We leefden van niks en staken al onze winst in de onderneming.” Dimitri was de ontwerper in het schuurtje, Iwan de ondernemer op de zaak. Hun opleidingen aan de kunstacademie en universiteit deden de broers er gewoon naast. Pas van hun eerste werknemer leerden ze dat sommige mensen wél om vijf uur naar huis willen.
Na zes jaar Lomax schreef Iwan zijn scriptie en het ondernemingsplan voor een eigen automerk: Burton. Basis voor de Burton werd het onderstel van de Citroën 2CV, ruim voorhanden en een prima basis om op verder te bouwen. De Burton moest wel zo licht mogelijk blijven, gezien het minuscule Eendenmotortje van 600 cc. Bij de verkoop van de eerste Burton in 2000 stonden al zestig klanten op de wachtlijst. Zij wilden voornamelijk bouwpakketten: tachtig procent van alle inmiddels 1250 verkochte Burtons zetten consumenten zelf in elkaar. De broers noemen het een jongensdroom: “Zelf maken. Zelf kiezen. Alles mag.”
In de 23 jaar dat de Göbels hun auto’s verkopen leden ze slechts één jaar verlies. Burton leende nooit iets van de bank, zag de omzet stijgen tot inmiddels vier miljoen euro per jaar en werkt nu met 32 vaste en 80 freelance medewerkers. Het verdienmodel van Burton zit ‘m nu vooral in reparaties en verhuur van auto’s voor bedrijfsuitjes. Ondertussen ontwikkelen de broers ook andere producten, van vibrators tot kruisurinoirs . Iwan: “Innovatie is in elke branche eigenlijk steeds hetzelfde trucje .” De ontwikkeling van de elektrische Burton – in 2010 stond ie al op de RAI – staan voorlopig on hold. Er zijn er nog maar acht van verkocht en de innovatie voor elektrisch vervoer gaat elders sneller. Burton heeft wel energielabel A: 98 procent van de Citroën 2CV wordt hergebruikt voor de back-to-basic sportwagen.
Licht
Met zijn gewicht van 480 kilo, grofweg
een derde van een gemiddelde auto,
heeft de Burton geen stuurbekrachtiging
nodig. Ook andere onderdelen, zoals de
ramen, bedient de Burtonbestuurder
handmatig. Iwan: “Dat scheelt zo 200
kilo aan elektromotoren. En er kan weinig
stuk.” Zelf rijdt hij nog dagelijks in de
allereerste Burton 1.
Open
De Burton begon wegens geldgebrek
zonder dak. Iwan: “Juist mensen die
gewend zijn aan luxe vinden het fijn om
weer de wind in hun haren te voelen.”
Om de zondagsauto voorbij te groeien
en de doelgroep te vergroten,
introduceerde Burton in 2004 de hardtop,
samen met vleugeldeuren. In 2006
kwam de softtop, makkelijk mee te
nemen en binnen een minuut te
(de)monteren.
Customizen
Burtonklanten kunnen kiezen uit 600
verschillende kleuren, een bank of
stoelen in tachtig kleuren, een hoge of
lage voorruit en wel of geen bagagerek.
Iwan: “Geen Burton is hetzelfde,
iedereen heeft zijn eigen jongensdroom”.
Elk jaar kiest het publiek de mooiste
Burton.
Gepubliceerd in Sprout
Beeld: Autobahn